Geacht college,
Aanpakken van verkrotting (verwaarlozing) in onze gemeente is wat Partij Souburg Ritthem (PSR) betreft een zaak waarbij de aanhouder wint. De aanhouder zou volgens PSR in dit geval de gemeente Vlissingen moeten zijn en niet de volhardende eigenaren van panden en percelen die blijven weigeren om hun eigendommen in goede staat te brengen en te houden. PSR had diverse keren contact met ambtenaren over diverse locaties in onze gemeente. Iedere keer blijkt dat het erg moeilijk is om iets aan de situatie te doen. Er zou zelfs pas gehandhaafd kunnen worden als de openbare veiligheid in het geding is. Wat PSR betreft neemt de gemeente Vlissingen een voorbeeld aan de gemeente Reimerswaal. Deze gemeente is hier ook volop mee bezig en men is het vertragen en uitstellen van sommige eigenaren beu. In bijvoorbeeld Yerseke en Wemeldinge (berichten in PZC en op Omroep Zeeland) krijgt men daar na vele vruchteloze pogingen en gesprekken “gewoon” een brief met een vordering tot plegen van onderhoud in de bus. Als er na een half jaar geen resultaat te bespeuren is, dan volgt een dwangsom van € 2.500,00 per week met een maximum van € 25.000,00. PSR krijgt regelmatig opmerkingen en klachten te horen over locaties in onze gemeente die het woongenot van mensen danig aantasten.
PSR heeft voorbeelden beschikbaar, maar in het kader van de privacy worden deze hier niet genoemd.
Onze vragen:
- Is het college van Burgemeester en Wethouders op de hoogte van de handhaving acties tegen verkrotting en verwaarlozing van gebouwen en percelen die de gemeente Reimerswaal nu onderneemt?
- Antwoord: Ja
- Het lijkt PSR dat de geldende regelgeving in de gemeente Vlissingen ook toestaat om in geval van ernstige achterstand in onderhoud dwangsommen op te leggen. Kan de gemeente Vlissingen in gevallen waarbij de eigenaar niet mee werkt aan het in goede staat brengen en houden van zijn eigendommen een dwangsom opleggen?
- Antwoord: In Vlissingen is geen specifiek beleid beschikbaar met goed hanteerbare criteria om verkrotting succesvol aan te pakken. De Welstandsnota 2006 biedt hier op dit moment geen handvatten voor. Er is geen excessenregeling. Wij zijn bereid om, mede op basis van het beleidsstuk van de gemeente Reimerswaal en ervaringen elders, te beoordelen op welke wijze dit onderdeel van het beheer van het onroerend goed kan worden aangepakt. De aanpak hiervan heeft echter momenteel geen prioriteit
- Zo ja, waarom gebeurt dit dan niet?
- Antwoord: zie antwoord bij de vorige vraag.
- Zo nee, waarom is dit niet in de gemeentelijke verordeningen opgenomen? Is het college bereid om een voorstel, ter besluitvorming, naar de raad te sturen met daarin de mogelijkheid om in dit soort gevallen wel dwangsommen op te leggen?
- Antwoord: zie antwoord bij de vorige vraag.
- Wat gaat het college verder concreet doen om verwaarlozing en verkrotting in onze gemeente te voorkomen en aan te pakken?
- Antwoord: De opmerking en vaststelling is op zijn plaats dat de begrippen “verwaarlozing’ en “verkrotting” vele vaders en moeders hebben. De interpretatie van deze begrippen zijn tijd- en plaatsgebonden. Wanneer is de situatie zodanig dat sprake is van verwaarlozing of verkrotting? Het staken van bijvoorbeeld het uitvoeren van schilderwerk als conserveringsmethode van hout kan in de onmiddellijke woonomgeving als verwaarlozing worden aangemerkt. Er bestaat aan de andere kant geen plicht voor een eigenaar om zijn houtwerk te schilderen. Zonder afdoende beleid en passende instrumenten zijn wij niet in staat terzake tot handhaving over te gaan. Concrete aantallen over feitelijke verkrottingssituaties hebben wij, mede in verband met het ontbreken van een gemeentelijk verkrottingsbeleid, niet. Aan de hand van waarnemingen van de bouwinspecteurs hebben wij niet de indruk dat verkrotting op dit moment een wijdverbreid fenomeen is.