Bij de verwikkelingen voorafgaand aan deze begrotingsraad gingen mijn gedachten onwillekeurig naar het verhaal over een bisschop, die een van zijn parochies bezoekt.
De pastoor leidt hem rond in de pastorie en het valt hem op, dat er maar één bed in het hele huis staat.
Bezorgd vraagt hij: “Zeg, Pastoor, je gaat me toch niet vertellen, dat je met de dienstmeid in één bed slaapt?”
“Jawel, eminentie, ik hèb maar een bed en er staat een grote plank in het midden. Zo hebben we allebei een eigen plaats”.
“Ja maar….. als je dan in de verleiding komt?”vraagt de bisschop.
“Ja”, zegt de pastoor, “dan haal ik natuurlijk die plank weg!”
Dat bed …. is de gemeente Vlissingen.
Aan de ene kant de algemene begroting, aan de andere de grondexploitaties.
Keurig gescheiden; “een muur ertussen” zei Jacques Suurmond vorig jaar.
Maar, net als bij die pastoor: als er behoefte is, slopen we gewoon die muur even weg.
In mei, bij de kadernota, diende Partij Souburg Ritthem geen moties of amendementen in.
In die kadernota staat het voornemen om tot verdunning en meer groen in de wijken te komen. Onze constatering toen: Verdunning leidt ook tot hogere woonlasten en die moeten onze inwoners wel willen, maar vooral ook kúnnen dragen.
We constateerden ook, dat eerder, in 2008, in het project Scheldekwartier juist voor een verdichting was gekozen, enkel en alleen om een sluitende exploitatie te krijgen. Niet gebaseerd op vraag uit de markt.
Een amendement op de kadernota was niet nodig, want dat is nu, met de herijking vanzelf aangereikt. Ook daar dus verdunnen. Met dat verschil, dat de kosten direct zichtbaar worden gemaakt. Die kosten moeten door de gemeente gedragen worden en dus door alle inwoners, van Vlissingen, Souburg èn Ritthem.
Voorzitter, “Voortvarend en duurzaam“: ambitieuze kreten, als ze maar niet loos zijn.
Duurzaam zijn tot nu toe vooral de lasten, die deze gemeente op haar nek heeft.
Het zóveelste plan voor het Scheldekwartier is ook nu weer voortvarend, maar met de extra druk op de begroting zullen we nog heel lang moeten voortdobberen.
Voortvarendheid op de echte kerntaken, daar hebben we wel invloed op, en daarin moet naar onze visie duurzaamheid in de sociale samenhang een doel zijn.
Daar liggen taken voor de gemeente in de ondersteuning en stimulering van het verenigingsleven, door bruikbare en toegankelijke wijk- en dorpscentra.
Zo ook op duurzame ondersteuning en hulp voor de sociaal zwaksten.
En vooral ook op duurzaamheid van werkgelegenheid en economische bedrijvigheid. Zittende ondernemers vasthouden; niet lijdzaam toezien hoe ze naar de buurgemeenten vertrekken.
Die duurzaamheid, voorzitter, is voor een gemeente in nood van het eerste belang.
Dat we ook onze bijdrage moeten leveren aan de ecologische duurzaamheid spreekt voor zich.
Die hoeft geen geld te kosten, maar moet wel in al ons plannen en handelen meespelen.
Bij een echt duurzame aanpak besparen we daar alleen maar mee.
Op het punt van leefbaarheid vragen we opnieuw aandacht voor de enige kleine kern in onze gemeente, het dorp Ritthem. De wisselwerking tussen gemeente en bevolking werkt er nu prima. Op initiatieven van de dorpsraad wordt goed geanticipeerd. Met het plan voor kleinschalige uitbreiding zet het college daar een belangrijke stap om de jongeren in het dorp te houden. Een impuls voor de leefbaarheid.
Een oproep aan deze raad, om ervoor te waken, dat wat er aan die ene kant aan leefbaarheid wordt opgebouwd, niet aan de andere wordt afgebroken.
Die afbreuk dreigt, als het voortbestaan van de enige welzijnsaccommodatie, het dorpshuis, van gemeentewege onmogelijk wordt gemaakt.
November 2010 diende Partij Souburg Ritthem de motie “Mission Impossible” in. Daarmee wilden we de onmogelijke opgave om het dorpshuis open te houden ombuigen in een mogelijke.
Nu we een jaar verder zijn is het voortbestaan nog steeds bedreigd.
Om die dreiging af te wenden dienen we bij deze de motie “Mission Impossible” deel 2 in.
Bij die ene motie blijft het wat PSR betreft. De begroting als geheel kunnen we steunen, maar wel in het besef, dat raad en college in de komende jaren tot nog veel verdergaande bezuinigingen moeten komen, gericht op herstel van reserves en terugdringen van schulden.